Ama-nooit-niet


Maandag 28 augustus 2023

Vandaag weer eens een lange boswandeling gemaakt. Het heeft veel geregend de afgelopen tijd en de paddestoelen staan werkelijk overal. Naast de cantharellen (die ik laat staan omdat ik nog een kilo vers in de koelkast heb staan), zie ik veel parelamanieten. Daar heb ik me nog niet aan durven wagen. Voor liefhebbers van wilde paddenstoelen is de amanietenfamilie een interessante, want het omvat zowel een van de meest exclusieve culinaire paddenstoelen; de keizersamaniet (amanita caesaria), en de smakelijke parelamaniet (amanita rubescens), als de bekende vliegenzwam (rood met witte stippen) als ook een paar van de meest dodelijk giftige soorten; de groene knolamaniet (amanita phalloides) of de kleverige knolamaniet (amanita virosa). De laatste twee hebben in het Engels respectievelijk de niets verhullende namen: ‘death cap’ en ‘destroying angel’. Daar moet je geen grappen mee uithalen. De groene knolamaniet wordt beschouwd als één van de giftigste ter wereld. Het eten van één exemplaar kan reeds leiden tot een fatale vergiftiging. Ik bedenk dat ik nog nooit een groene knolamaniet heb gezien. 

Ik ben dus laten we zeggen wat terughoudend met de eetbare parelamaniet. Ik hou mezelf voor dat ik deze alleen in tijden van hongersnood of oorlog zal eten, maar ik blijf wel nieuwsgierig. Ik pluk er een en zie direct roze verkleuringen, het gestreepte rokje, de vuilwitte rozebruine vlokken en de ongestreepte hoedrand. Dit kan niet missen, maar toch. Ik durf het niet aan. Ik loop verder en dan zie ik een vuilgroene bolle hoed uit de berm opsteken. Ik kan het haast niet geloven. Ik graaf hem een beetje uit en zie een grote knol. Obsidentify geeft een 100% zekerheid aan. Het is een groene knolamaniet. De ‘Deathcap’ in eigen persoon. Vol ontzag maak ik een foto en zie dat er door een slak of een muis van de hoed gegeten is. Hoe dan? 

Using Format